Tweede golf

Wie is wie?

Bij elk thema laten we enkele getuigen aan het woord, vrouwen die zelf actief waren in het feminisme van de tweede golf. Ze bestrijken verschillende groepen, zij het merendeels uit Antwerpen en Gent. Op deze pagina stellen ze zich één voor één voor.



Cecile Rapol stond begin jaren 1970 aan de wieg van de Pluralistische Actiegroep voor Gelijke Kansen van Man en Vrouw in Roeselare. Ze richtte daar in 1980 mee het Vrouwenhuis op en later het vluchthuis. Met de Stedelijke Werkgroep Emancipatiebeleid gaf ze een impuls aan het gelijkekansenbeleid in haar stad. Voor het VOK verzorgde ze jarenlang het contact met lokale vrouwendag-organisatrices.

 

 
Ida Dequeecker maakte deel uit van Dolle Mina en later van de fem-soc beweging (o.a. Groep Rooie Vrouwen, Antwerpen). Ze was ook politiek actief, o.a. in de Socialistische Arbeiderspartij. Ze sloot aan bij het VOK, engageerde zich in de strijd voor vrije abortus en bij Vrouwen Tegen de Krisis. In 2007  richtte ze mee Baas Over Eigen Hoofd (BOEH!) op, dat de vrije keuze van moslima’s om al dan niet een hoofddoek te dragen verdedigt.

 

Kitty Roggeman sloot in 1976 aan bij de fem-soc (Groep Rooie Vrouwen, Antwerpen) en was van 1978 tot 1999 hoofdredactrice van Schoppenvrouw, eerst het blad van de fem-soc, later een algemeen feministisch tijdschrift. Ze was actief in de strijd voor abortus en bij Vrouwen Tegen de Krisis. Ze sloot aan bij het VOK, waarvan ze voorzitster was van 2003 tot 2007. In 2007 richtte ze mee Baas over Eigen Hoofd op.

 


Liliane Versluys is advocate. Ze was als vrijwilligster actief in het Leuvense Vluchthuis. Ze vertegenwoordigde het Vrouwen Overleg Komitee in het European Network of Women, een feministisch netwerk dat het Europese beleid opvolgde. Ze maakte deel uit van de redactie van het tijdschrift Vrouw en recht (Nederland) en publiceerde verschillende boeken over de juridische positie van vrouwen.

 


Rita Mulier co-organiseerde in 1972 het ontmoetingsweekend waaruit het Vrouwen Overleg Komitee (VOK) ontstond. Ze was ook de eerste voorzitster van het VOK (1973-1981).  Met de door haar opgerichte vzw Omschakelen begeleidde ze in de jaren 1980 vrouwen naar werk. Van 1991 tot 1996 was ze als opdrachthoudster Emancipatiezaken verantwoordelijk voor gelijke kansen in het personeelsbeleid van de Vlaamse Overheid.

 

Moniek Darge was lange tijd actief bij Dolle Mina Gent. Gezinsplanning, een open seksuele opvoeding en het recht op abortus waren centrale thema’s in haar engagement. Ze werkte daar onder meer aan via het Gentse Centrum voor Seksuele Voorlichting.  In 1978 richtte ze Vrouwen Tegen Verkrachting op, dat vrouwen die slachtoffer waren van verkrachting opving en begeleidde. Ze schreef daarover Lijf tegen Lijf, een dagboek over vrouwen tegen verkrachting (Kritak, 1982).

 

Monika Triest beleefde de tweede feministische golf eerst in de Verenigde Staten, waar ze doctoreerde. Terug in België (1977) sloot ze aan bij de feministisch-socialistische beweging, waar ze onder meer de redactie van LeF (Links en Feministisch)  vervoegde. Ze is lid van het Vrouwen Overleg Komitee (voorzitster 1981-1983) en doceerde van 1984 tot 1986 vrouwenstudies aan de Universiteit van Amsterdam.




Marijke Colle was actief in de studentenbeweging van mei '68 en medeoprichtster van de Revolutionaire Arbeidersliga (RAL). In 1972 sloot ze aan bij Dolle Mina Gent en later bij de fem-soc beweging. In 1980 was ze bij de oprichters  van het Gentse abortuscentrum, waarbij ze betrokken bleef tot 2004. Vanuit de Linkse Vrouwen Eenheid zette ze begin jaren 1980 mee Vrouwen Tegen de Krisis op.

 

Download hier de transcripties van de video's.